Het geluk volgens de verrassend actuele Aristoteles

“Wat is nou geluk?” vragen veel mensen mij. Ik vond een van de beste antwoorden bij Aristoteles (382-322 vChr) , die één van de invloedrijkste denkers is van onze geschiedenis. In zijn beroemde boek Ethica gaat hij uitgebreid in op het onderwerp en hij constateert zelfs dat dit het einddoel van de mens zou moeten zijn. Zijn definitie: 

“Geluk is het optimaal functioneren van de ziel.”

Een zin die zo uit de mond zou kunnen komen van een moderne manager of loopbaanadviseur: “je moet je talenten volledig benutten!”

Maar dat gaat vaak over werk. In de Ethica gaat de filosoof op zoek naar hoe je ziel optimaal functioneert in het dagelijkse leven en hoe je daarbij moet gedragen. Hoewel hij zegt dat elk individu dit anders zal ervaren, komt hij uit bij verrassend actuele algemene deugden die te maken hebben met een juiste houding tegenover de extremen genot en pijn.  Volgens de filosoof is het de crux is om tussen deze twee telkens het midden te kiezen tussen.  Als je zorgt dat je iets niet teveel doet en niet te weinig, kun je gelukkig worden.  De uitdrukking bewandel de gulden middelweg staat daarom bekend als de gouden regel

Aristoteles  zette zeer systematisch zijn deugden uiteen (zie tabel) en raad je aan:  Zoek het midden op! Wees moedig, gematigd, vrijgevig & royaal, wees gedoseerd eerzuchtig (anders bereik je niets), leef groots, maar ben zachtmoedig, wees waarachtig (misschien iets voor Trump?), gevat en vriendelijk, bezit  een gezond schaamtegevoel (anders doe je dingen waar je spijt van krijgt) en ben op het juiste moment moreel verontwaardigd (als er dingen gebeuren die echt niet kunnen)  en je zult gelukkig zijn. Simpel toch?

De deugden van Aristoteles met het ideale midden:

Gebied Teveel Midden Tekort
  Ondeugd Deugd Ondeugd
Zelfvertrouwen Roekeloosheid Moed Lafheid
Genietingen Losbandigheid Gematigdheid (ongevoeligheid)
Geven/ontvang-         en van geld
-Op kleine schaal Verkwisting Vrijgevigheid Gierigheid
-Op grote schaal Patserigheid Royaliteit Krenterigheid
Eer / oneer
-Op kleine schaal Eerzucht ambitie (juiste eerzucht) Afwezigheid van eerzucht
-Op grote schaal Verwaandheid Grootsheid Bekrompenheid
Woede Lichtgeraaktheid Zachtmoedig-            heid Afwezigheid van lichtgeraaktheid
Sociaal verkeer in woorden en handelen
-in waarheid

 

Opschepperij Waarachtigheid Geveinsde onwetendheid
-in aangenaam amusement Aanstellerij Gevatheid Lompheid
-dagelijkse leven -zonder doel

-met eigen doel als voordeel  (vleierij)

Vriendelijkheid Neiging tot ruzie maken / chagrijnig zijn.

 

Emotie
Schaamte Verlegenheid Schaamtegevoel Schaamteloosheid

 

Pijn mbt naasten Afgunst Morele verontwaardiging Leedvermaak