“Zo drukke dag vandaag?” De norse caissière kijkt me stomverbaasd aan. Ik ben dan ook de enige klant in de grote supermarkt, dus het is misschien een wat rare vraag. Dan lacht ze en zegt dat het nu nog meevalt, maar dat de meeste mensen die dag nog moeten komen. Ik wens haar veel succes en hartelijk nemen we afscheid.
Een onschuldige praatje maken met een onbekende is een heuse geluksmaker. Als gelouterde kletskous doe ik dat al een tijdje, maar nu is het ook wetenschappelijk bewezen. Ap Dijksterhuis, hoogleraar psychologie in Nijmegen is schrijver van ‘Op naar geluk’, een boek vol meer en minder bekende wijsheden en tips voor een gelukkiger leven, waarbij het bijzonder is dat hij die volop staaft met interessante en leuke experimenten.
In een onderzoek reizen bijvoorbeeld drie groepen studenten een stukje in de trein. Een groep moet een praatje maken met een vreemde, de volgende moet genieten van haar rust en de laatste mag doen wat zij wil. Het bleek dat de jongeren die wat sociaal contact hadden achteraf het gelukkigst waren. Toen de onderzoekers andere deelnemers vooraf vroegen hoe ze het liefst zouden reizen, babbelend of in stilte, koos iedereen massaal voor het laatste! Je hoeft trouwens maar een willekeurige treincoupe binnen te stappen om te zien hoe weinig mensen zin hebben in een praatje. Het scherm regeert.
Waarom besteden we niet meer tijd aan activiteiten waar we gelukkig van worden? is een interessante vraag die het boek opwerpt. Als we vrij zijn, concludeert een onderzoek, kijken we graag tv, internetten we of doen we niets, maar we blijken statistisch veel gelukkiger te worden van lezen, tuinieren of seks (in die volgorde). Waarom doen we dat dan niet veel meer? Wetenschappers weten dit niet precies. Wel zegt Dijksterhuis dat mensen te weinig realiseren dat actief zijn gelukkiger maakt. “Mensen die ’s avonds terugkijken op hun dag voelen zich gelukkiger naarmate ze zich meer hebben ingespannen.” Iedereen die ’s avonds geen zin heeft om te gaan sporten, maar toch gaat en na afloop voldaan neervlijt op de bank herkent dit.
Veel ruimte besteedt de psycholoog aan zijn specialiteit het bewustzijn. Hij beweert dat we flink gelukkiger kunnen worden als we een kalme gemoedsrust hebben. Maar ga er maar eens aan staan! Onze gedachten kunnen ons flink plagen: Wat vindt mijn baas van mij? Dit project krijg ik nooit af. Wordt het geen tijd voor een andere baan? enz. enz.
Uit een Amerikaans onderzoek blijkt dat mensen liever niet al te lang met hun eigen hersenspinsels bezig zijn. Zo moesten deelnemers eens een kwartier in een kale ruimte zitten met de opdracht om zich te vermaken met hun gedachten. De enige afleiding was een apparaat waarmee je jezelf schokken kon geven. Bijna de helft van de mensen (mannen 67%, vrouwen 25%) ging dat doen! Hoezo kalme gemoedsrust?! We hebben hier een wereld te winnen met bijvoorbeeld mindfulness, stelt Dijksterhuis.
In het boek ‘Op naar geluk” wordt het altijd toch wat vage onderwerp geluk, concrete wetenschap en dat vergroot mijn neiging om de tips daadwerkelijk toe te passen. Zo ben ik, naast wildvreemden aanspreken, direct begonnen met het lezen van een boek over tuinieren, handig straks voor de tuin van mijn nieuwe huis. En voor als de verveling toeslaat in de Vinexwijk, neem ik als afscheiding met de buren schrikdraad.